9-4-2002   Column Metro
WAAR WE GAAN, ALLES ONDER CONTROLE

De voornaamste reden om het ANWB-periodiek 'De Kampioen' uit zijn wikkel te halen is de ingezonden brievenrubriek. Niets ten kwade over de poeslieve touristische reportages over Geinig Gent, Smeuïg Sauerland of Heerlijk Helder Helgoland en de vele nuttige advertenties. Maar wie af en toe een blik wil werpen in de tragi-komische spelonken van de Nederlandse ziel, raadplege de onbaatzuchtige tips van de diverse wakkere ANWB'ers voor de andere leden van Neerlands grootste syndicaat.
'Ondanks de mooie woorden van een lokale VVV-functionaris bleek het ons toegewezen pension niet voorzien van de beloofde broekenpers.' Maar ook: 'Niettegenstaande de soms hinderlijke schietgeluiden is een vakantie in Kosovo heel goed mogelijk.'
Het zijn vaak huiveringwekkende rapportages over het leed dat de vaderlanders in het woeste buitenland hebben moeten ondergaan. Maar aangezien het meerendeel van de ingezondenbrievenschrijvers een verleden, heden en misschien zelfs wel een toekomst in het onderwijs heeft, ontbreekt De Waarschuwende Vinger in de meeste brieven niet:
'In het geval van een lekke band in Italië is het beter de auto niet te verlaten.' Of: 'Daarom doet men er goed aan een land als Bulgarije in zijn geheel te vermijden, desnoods door 1500 kilometer om te rijden.' En wat dacht u van deze: 'Logisch dus dat ik in landen als Liberia mijn kostbaarheden diep in mijn bilspleet stop.'
De Nederlander belichaamt een vreemde paradox: hij is eenkennig én kosmopolitisch. Overal op de aardkloot zie je hem schenkelen met zijn bonkige motoriek en zijn door het permanent omrekenen van de lokale valuta verkrampte gezicht. Desalniettemin wenst hij ook in den vreemde graag zijn nationale verworvenheden met zich mee te dragen. Controle over de situatie staat daarbij hoog in het vaandel.
En ach ja, ik ben ook een Nederlander en om mijzelf als zodanig te zien acteren hoef ik niet eens naar het buitenland. Zo ging ik onlangs wandelen met een goede vriendin, die op doktersadvies aan het uitrusten is van leidinggevende beslommeringen. Onze keus was gevallen op één der onvolprezen NS-dagtochten. (Een volkomen ANWB-compatible instituut.) Beginpunt was station Wijhe, eindpunt station Heino. Het traject van 18 kilometer (eventueel in te korten tot 15!) voert over de schitterende Sallandse eeuwige MKZ-velden.
Eenmaal gezeten in de intercity richting Deventer , ontwaakte de controlefreak in ons. We moesten het boekje met de wandeling (beschrijving én kaart) nog zien te bekomen. Op Amsterdam Centraal hadden ze dit traject niet in voorraad. Op station Deventer waarschijnlijk wel, maar daar hadden we maar twee minuten overstaptijd voor de stoptrein richting Zwolle. Als Wijhe nu een bemand station had, dan konden we daar...maar dat was niet waarschijnlijk, en zo'n boekje heb je toch wel nodig. Onze hoofden maalden. Uiteindelijk werd besloten de stoptrein vanaf Deventer op te offeren, rustig aldaar de wandelinstructies bij het loket op te halen, een kopje koffie/thee (tijd moet benut) te drinken en dan de stoptrein van een half uur later te nemen. Zo gezegd, zo gedaan. Alleen...de trein die een half uur later kwam voorrijden, bleek een sneltrein te zijn! Die niet in Wijhe stopte! Wat nu? Om de tijd te vullen, snelden wij door de fraaie Deventer binnenstad, vingen een glimp van de IJssel op en stiefelden weer terug naar het station. Op tijd voor de stoptrein. Goddank. Toen we in Wijhe op het perron stapten, wees ik mijn reisgenote schertsend op een informatiebord in de verte, waarop één briefje zichtbaar was: 'Daar staat vast op waar we dat boekje hier in het dorp kunnen halen.'
En warempel!
We moeten onszelf nog maar een hoop rustgevende wandelingen voorschrijven. (O ja, nu wachten op de eerste briefschrijver die mij kapittelt omdat de ANWB-kampioen al jaren geen wikkel meer heeft!)

Marcel Verreck