19-05-2003   Column Metro
OH DIER! OH DIER! OH DIER !

Ik wil mijn vrienden K. en P. eren: ze hebben nu al bijna een half jaar een hond en ze zijn nog steeds normaal. Dat is niet de gebruikelijke gang van zaken. De intrede van een nieuw huisdier in een tot dan huisdierloos gezin leidt maar al te vaak tot ontwrichtende situaties en conflicten over opvoedkundige zaken als discipline, drillmethode en voedselverstrekking. De aanwezigheid van het speelse jonge leven, deze kwispelende splijtzwam, mobiliseert veel sluimerende onvrede. Vanaf een afstand zijn dat tragi-komische taferelen: twee ontzind scheldende volwassenen en een verbaasd kijkend beestje dat vrolijk de volgende schoen volpoept. De bezoeker moet accepteren dat het aantal gespreksonderwerpen tijdelijk beperkt is. Het gaat erom wat de hond doet, wat de hond heeft gedaan en wat de hond eigenlijk had moeten doen.
Het object van al die verbeten affectie laat ondertussen een behaaglijke scheet, licht zijn poot op een illegale plek en strekt zich na controle van zo veel mogelijk vreemde broekspijpen uit op de voorheen zo fijn zittende ereplek van de gast.
Niet alleen huwelijk of relatie wordt op de proef gesteld, ook de duurzaamheid van vriendschappen wordt uitputtend getest. Want de liefde tussen mens en dier is raadselachtig maar onuitroeibaar. De wakkerste krant van Nederland komt met dramatische foto's van een huilende vrouw uit een vogelpestgebied die haar hobbykippen in de (lege) badkuip had laten onderduiken. Zij werd bij een kippenrazzia betrapt.
Terwijl de wereld in brand staat, Irak eruit ziet alsof het in zijn geheel door een Maastrichtse aannemer is gebouwd en Aziatische authoriteiten dagelijks steeds ernstiger feiten over SARS staan op te hoesten, krijg ik van een oude bekende een mailtje over het tragische lot van enige bokjes in een Haagse kinderboerderij. De overtallige knuffelhoefdieren zullen worden geslacht en of ik mijn betrekkelijke bekendheid wil inzetten zulks te verhinderen. Het is hierbij gemeld, maar vergeef het me dat ik me straks na mijn bezoek aan de kiloknaller op de hoek weer met de echte wereldproblemen bezig ga houden.
Met behulp van mijn vriendin de dierenarts heb ik getracht de bizarre kanten van de dierenliefde in kaart te brengen. Zij kent genoeg praktijkverhalen. Baasjes en bazinnetjes noemen hun huisdier vaak hun kind. 'Kom maar bij mamma,' klinkt het dan. Dat die innigheid soms ontaardt in likkebaardende incest moge bekend zijn. Er zijn dierenliefhebbers die alles wat zielig is mee naar hun huis nemen. Als krantenjongen belde ik ooit voor een nieuwjaarsfooi aan bij een sterk riekende woning. Een oude vrouw deed open en twintig paar kattenogen staarden mij aan. Naar mate ik het halletje rond keek, zag ik steeds meer poezeligs. Ik was beland in de kattenvariant van 'The Birds' van Alfred Hitchcock. Er zijn mensen die elk eten dat ze hun huisdier voorschotelen eerst zelf proeven. Konijnen mogen zich verheugen in hun eigen fauteuil, voor honden is er speciaal een bankstel gereserveerd. Huisdieren beslissen mee over de partnerkeuze en ziekte of dood van hamster of goudvis zorgt voor heftige trauma's. Fysiotherapeut, accupuncturist en zelfs dierenpsychiater worden ingeschakeld om onheil te voorkomen, maar onvermijdelijk staan er regelmatig stoere bomen van kerels te wenen bij een ontzielde cavia. Tragisch was ook het lot van de schildpad die sneefde na het innemen van een te hoge dosis Prozac. Het kopje bleef voor altijd hangen. Ook wist mijn vriendin de dierenarts te memoreren dat baasjes vaak aan dezelfde kwalen gaan lijden als hun huisdieren. En ze was verbaasd dat mannen meer dan vrouwen zeer veel moeite hebben met het laten castreren van hun huisdier. Ze vragen altijd een week bedenktijd. Maar dát begreep ik als man zonder officiële huisdieren wel weer heel goed.

Marcel Verreck