11-08-2003   Column Metro
HET ISOLEMENT DER PROBLEEMLOZEN

Je ziet ze niet, maar het zijn er meer dan je denkt. De mensen die nooit eens met een ellendeverhaal in glossy, opinieblad of krantenbijlage verschijnen. Want je bent pas iemand als je wat mankeert. Maar déze types kennen geen echtscheidingsperikelen, geestelijke aandoeningen, ontspoorde kinderen en modieuze aberraties. Ze vormen een door de media genegeerde groep: de Probleemlozen.
Knud Wijkman (40 jaar, financial controller) getrouwd met Hanneke De Wit (38 jaar, part-timeonderwijzeres, 4 kinderen: Ramon (12), Elvira (11), Gooske(5) en Jamai (6 maanden)) zegt het onomwonden: 'De uitdrukking luidt: ieder huis heeft zijn kruis. Maar dit huis niet. We zijn een heel gezellig, goedlopend gezin en we zitten iedere ochtend met zijn allen fluitend aan de ontbijttafel. Ik houd nog steeds net zoveel van Hanneke als toen ik haar op de camping in Frankrijk leerde kennen. En we hebben ons 15-jarig samenzijn onlangs bekroond met de liefdesbaby Jamai.'
'Onze oudste was op een gegeven moment wat aan de drukke kant,' vertelt Hanneke, 'veel van onze familieleden, die allemaal om de haverklap blèren dat ze diep in de shit zitten, riepen toen meteen 'ADHD!' en 'Je moet hem Ritalin geven!'Het telefoonnummer van het RIAGG kenden ze uit hun hoofd.'
'Dat lezen ze in de bladen,' weet Knud, 'als je hun verhalen moet geloven wordt er geen normaal kind meer geboren. Nou, onze Ramon is een heel gewoon kind.'
Jan-Dirk en zijn partner Zwaantje (liever geen leeftijden en achternamen) nemen met onverholen verbijstering kennis van de hen omringende kwalen. 'Er is sprake van een absolute medische hysterie,' stelt Jan-Dirk. 'En van een kosmetische waanzin,' aldus Zwaantje, 'mijn Jan-Dirk begon een beetje te kalen. Nou, van alle kanten werden toupetten, lasertherapieën en haartransplantaties aangeraden.'
'Terwijl het mij worst zal zijn dat ik een kale kop krijg,' roept Jan-Dirk, 'we hebben tenslotte allemaal een kale kop, alleen groeit er bij sommigen haar op!'
'Die Jan-Dirk,' lacht Zwaantje, 'die heeft er helemaal geen probleem mee. Ik zeg soms: 'Hee Jan-Dirk, waarom laat je geen haar groeien, je hebt plek genoeg op je kop!' Nou dan zitten we allebei keihard te lachen en dan zie je de andere mensen echt kijken: nou die zijn gek.'
Tjulp en Gitske uit het Friese Langweer zien ook op hun eigen platteland de stedelijke verzenuwing doordringen: 'Wij hadden hier laatst op het dorp een postbode met een burn-out. Kon geen brief meer bezorgen. Stel je voor: een postbode met een burn-out. Nou dat had-ie vast niet van zichzelf.'
'De stad is een bron van veel ellende,' meent Gitske, assistent-bibliotheekvrijwilligster, 'ik zie het aan die gezinnen die hier aanmeren met hun jacht. Dan komen ze water halen, terwijl ze ondertussen met hun mobiele telefoon met hun zoontje op het achterdek aan het bellen zijn.'
'Nou ja, hún zoontje,'precisieert Tjulp, gepensioneerd pepermuntmaker en rayonhoofd, 'het zoontje van hun vriendin, of de verkering van de ex-pleegdochter van meneer zijn nieuwe vriend...'
'Ik lees veel streekromans,' zegt Gitske, 'maar de relationele ellende die daarin beschreven wordt is nog te overzien vergeleken bij wat hier aan komt varen.'
Maarten De Groot (35 jaar, sportleraar) blijft het zijn omgeving uitleggen: 'Ze kijken me altijd wel vreemd aan als ik zeg dat mijn vriendin nooit anorexia heeft gehad, dat ik van mijn werk houd en dat ik blij ben dat ik in zo'n welvarend en prachtig land mag wonen. En als ze beginnen over de wachtlijsten, moet ik bekennen dat ik nooit wat heb.'
Op de vraag aan de geïnterviewden of zij het niet vervelend vinden dat aan hun categorie mensen nimmer aandacht wordt besteed in de media, luidt het algemene antwoord zoals verwacht: 'Geen probleem.'

Marcel Verreck