7-9-2000   Theaterfestival 2000, Recensie 4: Het Parool
SEX AAN DE LOPENDE BAND.

Dankzij deze kop wordt dit stuk in ieder geval gelezen. In het kader van de internationationalisering van het Theaterfestival worden dit jaar ook Amersfoort en Utrecht aan gedaan. Zo ben ik dinsdagavond in de Domstad en daar maken ze er werk van. In de tuin van de Stadsschouwburg staat de fameuze Spiegeltent waar je lekker kan eten en waar je gesticht wordt met een lezing over het te spelen stuk. Dat is hedenavond Arthur Schnitzlers Reigen, in de bejubelde versie van Dirk Tanghe en De Paardenkathedraal . Net als bij King Lear van de Needcompany is er sprake van een allesbepalende vorm. En ook hier worden essentiële stukken tekst op het achterdoek geprojecteerd. Maar er is meer. Reigen is een estafette van 10 verschillende ontmoetingen tussen man en vrouw, waarbij er telkens een der twee doorschuift naar een volgend rendezvous, totdat in dialoog 10 (de enige zonder tekst) de cirkel gesloten wordt. Ik noem de personages: de hoer, de soldaat, de dienstbode, de jonge meneer, de getrouwde vrouw, haar echtgenoot, de kleine slet, de schrijver, de actrice en de graaf. U voelt wel waar het tussen deze types op uitdraait, ook zo beschouwd is het een voorstelling met veel hoogtepunten. Marie-Louise Stheins en Peter De Graef spelen alle rollen fenomenaal: gebruikmakend van de bizarre mogelijkheden van de elektronische stemvervorming bezoeken ze alle hoekjes en gaatjes van de tekst. Ze bewegen zich om en rond een al dan niet lopende band, maar de geslachtsloze gezelligheid van Mies Bouwmans 'Een van de acht' is hier ver te zoeken.
Prominent in het décor verder een 'halve' racewagen: we hoeven de bril van Schnitzler mede-Wener Sigmund F. niet eens op te zetten om in deze vorm (twee dikke wielen, lange rode plank naar voren, dampende brullende motor) een door de drift geregeerd lichaamsdeel te herkennen. Het decorstuk raakt flink op stoom in de schitterende vijfde scene tussen de getrouwde vrouw , net terug van een buitenechtelijke amourette, en haar man, die na een periode van vriendschappelijke onthouding hernieuwde plannen met haar heeft. Als zijn vrouw vraagt (wat scenes betreft is het hier ook een subtiele spiegeltent) of hij ervaring met gevallen vrouwen heeft, klinkt er - de Graefs stem is vervormd tot de bulderende bas van een tekenfilmmonster- een hilarisch : Jaaaaah! dat de ruiten doet rinkelen en het publiek laat brullen. Die rare stemmetjes, de ledepoppen-motoriek en de louter akoestische sex geven Reigen iets van een kinderspel, maar raken tegelijkertijd de droevige diepten, waarin lustbevrediging (in al zijn vormen) de eenzaamheid nooit kan bestrijden. Een wonder van tragi-komedie.

Marcel Verreck