14-03-02 |
|
COLUMN STENDERS VROEG
Waar ben ik in godsnaam terecht gekomen, luisteraars? Maar laat ik om te
beginnen duidelijk maken dat ik breedbeeldtelevisie ook heel erg vind. Ik
kijk even om me heen, maar de kust is veilig. Van de verscherpte
veiligheidsmaatregelen die sinds 11 september op het Mediapark van kracht
waren is nog maar weinig over. Dus voor je het weet ben je een dag
gegijzeld, bijvoorbeeld door iemand die zich irriteert aan de plaatjes van
Erik Dikeb je kan het je niet voor stellen, maar het schijnt voor te komen-
en die naar de studio van Stenders Vroeg is gekomen om zijn eisen kracht bij
te zetten. Maar laat ik niemand op een idee brengen.
Maar ja, dan zit je dus wel uren opgesloten met deze heren, die ik
natuurlijk zeer liefheb, vooral als het samenzijn maar een uurtje hoeft te
duren. Nee stel je voor dat wij hier gijzeling worden gehouden. En dan
bedoel ik de moderne gijzeling zoals die in de Rembrandttoren: het werk gaat
gewoon door, het enige vervelende is dat de kantine dicht is, zodat de
soepmachine al voor 4 uur 's middags helemaal leeg geslurpt is.
Drie uur lang moeten we hier dan AVRO's Arbeidsvitaminen meemaken en dan
krijgen we Henk Leefbaar Westbroek. Dat maakt de zaak er niet beter op, want
wat horen wij Henk zingen: O was ik maar een gijzelaar!
Nu we het toch hebben over de poëzie van Henk W., de man heeft dit weekend
zijn geniaalste rijmpje tot nu toe afgescheiden. Het ging over de nieuwste
lijsttrekker van Leefbaar Nederland, de morsige boevenlatenontsnapper Fred
Teeven. En het dichtwerk luidde: Fred heeft het. Ik ga het nog een keer
herhalen, pak papier en pen erbij, als je kan schrijven als Leefbaar
Nederland-aanhanger: Fred heeft het.
Fred heeft het. Ik heb dat altijd wel vermoed. Als ik die man op televisie
zag schuiven, dan dacht die man die heeft iets. Wat, dat weet je niet. Maar
die man moet iets hebben. Anders ben je niet zo. Fred heeft het. Je weet het
niet, maar ik denk toch dat het iets ernstigs is. Fred heeft het. We hebben
hier ook een Fred. Die heeft het ook wel eens. Maar daar doen we niet lullig
over. Daar gaan we Fred niet mee zitten stangen. Zo van Fred, heb je het
weer? Of, zo Fred, heb je het nog? Dan doen we niet. Soms heeft Fred het,
maar daar zwijgen we over op de radio. Het is al erg genoeg, hè Fred.
Maar Henk Westbroek, die kennen we, die neemt geen blad voor de mond en die
zegt gewoon waar heel Nederland bijstaat: Fred heeft het.
Fred Teeven. Het klinkt wel iets anders dan Pim Fortuyn. De grote Pim
Fortuyn, inmiddels zelfs groter dan de VVD, naast wie de paarse
lijsttrekkers verschrompelden en de kleine Balkenende helemaal opbloeide. Je
zag de CDA-rakker glimmen in dat debloedbadje: hij mocht Pim zeggen en heeft
vast na afloop een handtekening gekregen of misschien wel een nieuw
exemplaar van Pims Gids voor een Beter Nederland (vertaal dat maar niet in
het duits) waardoor de Boekenweek zo'n voortvarend start had. Iedereen
wilde dit boek aanschaffen, zelfs voor de verschijningsdatum, de paarse
partijen schijnen toen gretig een dummy bemachtigd te hebben. Daar konden ze
mee overweg, want in die partijen wemelt het van de dummies.
Nee, stel je voor, jongens, dan zitten we dus gegijzeld met Henk Westbroek,
Pim Fortuyn en Fred heeft het Teeven, dat is al geen pretje en je mag van de
gijzelnemer, die er op zich heel verstandig uitziet, ook niet als troost een
CD van Erik Dikeb draaien. Dan vraag je toch wel even af: waar ben ik
godsnaam terecht gekomen?
Breedbeeldtelevisie, ik durf het bijna niet te zeggen maar als Wiegel en
Fortuyn dadelijk met die bolle koppen samen gaan regeren dan zal je dat hard
nodig hebben.
Dijkstal en Melkert passen samen nog wel op het oude scherm, maar ja, als
die electoraal succes willen boeken zullen ze wat tips moeten inwinnen bij
Robert Mugabe, die van zijn eigen verkiezingen een soort Paralympics heeft
gemaakt. De race wordt gehouden, maar niet alle leden doen mee. Zo'n beetje
als Nikos Machlas wanneer hij de zestienmeter binnenkomt. Toch begrijp ik
die Griek wel want als ik in Griekenland ben lig ik ook het grootste
gedeelte van mijn tijd.
Deze taferelen doen mij allemaal denken aan eergisterennacht, luisteraars,
toen ik van het Boekenbal naar huis schenkelde. Uiteraard was ik op het bal
der Geweigerden geweest, een grote gijzeling van losers, kneuzen en
kansarmen in de literatuur. In de nacht weerklonk een laatste bon mot:
Breedbeeldtelevisie, zwarte balken op het scherm. Laat het CDA dat oplossen.
De lijstrekker heeft de juiste naam: Balkenende.
Marcel Verreck
|