PLAATS (134): Vredespaleis

Elke week bespreekt Marcel Verreck in Den Haag Centraal heden en verleden van een bijzondere Haagse plek.

Een Erdogan-vrije column, daar had ik op ingezet. Maar ja, daar ga je al. De naam is genoemd, zoals professor Akkermans zou zeggen. Het begrip ‘vrijheid van meningsuiting’ had ik eveneens graag vermeden. Liever schreef ik iets over de bloesem en de glimlach op het gezicht van mijn zoon. Goed, dat heb ik nu ook gedaan. Ik hoop dat dat blije beeld u voor de rest van deze column vrolijk zal stemmen. Want ja, wat te zeggen van onze opgestegen Prince? Diens voortijdige einde stemde droef. In navolging van andere ‘Gouden Doden’ als Michael Jackson en David Bowie bestormde hij de hitlijsten, zodat de koffiehuiskomiek zich niet kon inhouden: ‘Zie je wel, Prince zat in de lift.’
Maar ja inhouden, wat houdt dat tegenwoordig eigenlijk in?
De vrijheid van meningsuiting heeft een schier religieuze status gekregen. Wat ooit bedoeld was als instrument om een ander te respecteren lijkt nu soms een activistisch alibi om duidelijk te maken dat je een ander volstrekt niet respecteert. Natuurlijk, vele strijders voor het vrije woord zijn op verschrikkelijke wijze de mond gesnoerd. Treurig dat nog meer al dan niet anonieme toetsenbordridders op de schouders van deze gevallen helden proberen te klimmen om hun gemoed te ontlasten. Een ontlasting, niet zelden in de letterlijke betekenis van het woord, die als bonus een heldenstatusje kan opleveren, wanneer het bevoegd gezag zich laat provoceren tot maatregelen. Balsem voor de ziel van de aandachtzoekende mens, die zich verbeten twitterend tot eigentijdse Che Guevara opwerkt.
Laat ik de volgende vraag eens opwerpen: hoe narcistisch is het om je door beledigingen en overdachte provocaties in de beschijnwerperde nesten te werken? Natuurlijk, het mag allemaal, maar moet het ook?
Er wordt gewezen op de wet, geheel naar Amerikaans voorbeeld, ook de beledigingsindustrie is in de ban van de juridificering. Tja, hoe meer wetten en regels, hoe minder vertrouwen en wellevendheid. De zucht om oorlog te voeren begrijp ik ook, voor sommigen is de felbevochte vrede ongetwijfeld te saai. Maar is het altijd nodig? Welk weldenkend mens gaat in een donker steegje een stel zware jongens beledigen. Als ze iets slechts doen dan haal je politiek en gezag erbij. Lijkt mij. Of je maakt een goede grap die een brug slaat.
Dan haal je adem en kijk je naar de bloesem en de glimlach van je kind.