Snelle jongens

(verschenen in Den Haag Centraal van 20-9-18)


Jeffrey Herlings is een olijke gozer uit Brabant die met speels gemak zijn motorcrossconcurrenten verpulverd. De knaap rijdt zonder vrees en als hij een keer niet wint, is dat meestal vanwege een gebroken enkel of een schouderblad in de puin. Deze ongemakken worden altijd weer snel en monter overwonnen, er moeten in Jeffrey onderhand meer bouten en schroeven zitten dan in zijn crossmotor.
Een echte held, volgens de crossliefhebbers een nog grotere dan Max Verstappen. Het is lastig vergelijken, het was meer Max’ vader Jos, die zich nogal eens off the road begaf.
In ieder geval werd Jeffrey afgelopen weekend in Assen wél al wereldkampioen. Zo’n Nederlandse overwinning was alweer even geleden en vandaar dat we de afgelopen dagen veel verkleurde beelden zagen van door het zand hopsende oude racehelden. Ik kende ze allemaal nog, ze dateren uit de tijd dat Studio Sport nog geen afgesloten voetbalcompartiment had. Na het overzicht van de eredivisie volgden de andere sporten, waarbij de toeren van de motoracrobaten, zeker als er even geen eindeloos schaatsen was, een vast ingrediënt vormden.
John van den Berk, Pedro Tragter, Dave Strijbos en natuurlijk, nog veel eerder, de crossende tandarts Gerrit Wolsink. Een curieus beroep voor zo’n modderspringer, maar wie weet leverde zijn voorbeeldfunctie hem uiteindelijk een hoop extra klantjes op. Het gebit lijkt mij in deze sport toch een van de twee meest risicovolle gebieden. Aan dat andere gebied moest ik ook vaak ineenkrimpend denken als ik zo’n rijder vanaf een torenhoge schans zag landen. Zouden die lui nog wel een zak hebben?
Er kwamen toch telkens weer nieuwe crossertjes, dus dat viel blijkbaar mee. Wat mij ook raakte bij het zien van die oude beelden, waren de stemmen van de commentatoren. De onsterfelijke Frans Henrichs en Hans Kieviet, beiden helaas reeds lang overleden. Kieviet (zie bovenstaande foto) had een kenmerkende nasale stem en een bij de sport behorende snelheid van spreken. Van Frans Heinrichs werd zelfs mijn vader duizelig. De man is 76 geworden en dat mag een wonder heten, gezien de opwinding die hij wist te genereren. Hij had ook een adelaarsblik, evenals Kieviet versloeg hij het ijshockey en waar wij dik aangeklede schaatsers met stokken op elkaar in zagen poken, wist hij feilloos waar de onzichtbare puck was.
Inmiddels is er als commentator een nieuwe snelle druktemaker aangesteld en wordt er dus nog steeds geruststellend door de modder geploegd. Het lijkt wel het echte leven.