PLAATS (47): Arnhemsestraat

Elke week bespreekt Marcel Verreck in Den Haag Centraal heden en verleden van een bijzondere Haagse plek.

Nu ADO binnenkort als nummer 39 aan de lijst met investeringen van een Chinese durfkapitalist wordt toegevoegd, lijkt het me goed om de blik een moment op Arnhem te richten. De lokale voetbalclub Vitesse is al langer speelbal van schimmige eigenaren en onduidelijke investeerders, die elkaar met een aan de clubnaam ontleend tempo aflossen.
In hun kielzog opereren de zetbaasjes en de filiaalhoudertjes met hun ontmoedigende managerspraatjes, afijn de droogkomische voetbalschrijver en Vitesse-fan tegen wil en dank Marcel van Roosmalen heeft er al een aantal hilarische boeken over geschreven. ADO-aanhangers die het lezen machtig zijn, verdiep je in deze kostelijke maar ook leerzame lectuur.
Momenteel leg ik de laatste hand aan mijn derde Deventer thriller, getiteld ‘De laatste minuut’. Het boek speelt tegen de achtergrond van de haast religieuze sportverdwazing die in het huidige voetbalkapitalisme wordt geëxploiteerd. De uiterst sympathieke en best wel brave Deventer voetbaltrots Go Ahead Eagles heb ik in mijn boek opgetuigd met een aantal Vitesse-achtige absurditeiten. Dit in de wetenschap dat de werkelijkheid de fantasie doorgaans binnen de kortste keren overstijgt. Zoiets kunnen we bij het straks meer geel dan groene ADO ook op het menu verwachten. Een tip voor de Nieuwe Roergangers: zorg dat de oprechte clubliefde niet in het gedrang komt en respecteer de Haagse Iconen.
In het ADO-stadion, door overvloedige regenval verworden tot een manegebak, was ik afgelopen seizoen getuige van de memorabele 2-1 winst op toenmalig koploper Vitesse. Het was zowat de laatste wedstrijd van super-Vitesseman Theo Janssen. De sublieme technicus probeerde de bal voornamelijk door de lucht te verplaatsen, maar zakte zelf enigszins zwaargewichtig het moeras in. Kort daarna raakte hij fataal geblesseerd en beëindigde hij zijn carrière. Ze waren nog net slim genoeg in Arnhem om deze volksheld een baan bij de club te geven.
Dommer gingen ze om met persvoorlichtster Ester Bal, de onverschrokken heldin uit de Vitesse-stories van Marcel van Roosmalen. Met onverwoestbare humor, eerlijkheid en geharnaste clubliefde was zij de goedlachse portier van het Arnhemse gekkenhuis. In mijn boek heb ik haar onder een andere naam in Deventer laten werken.
Ester Bal, haar naam is niet verzonnen, werd dit jaar door stupide Vitesse-knuppeltjes ontslagen. Afgelopen weekend interviewde Van Roosmalen haar in de Volkskrant. Blijmoedig en onversaagd. Seizoenkaart al weer gekocht.
ADO, let op! Clubliefde gaat boven geld.